In gesprek met Titia de Boer
Vreemde tijden voor iedereen, zo ook voor het Aanloophuis in Leeuwarden. Normaal gesproken iedere zaterdag en zondag open voor mensen die geen huis of thuis hebben of eenzaam zijn. De afgelopen maanden moesten ze noodgedwongen de deuren sluiten.
Sinds zaterdag 6 juni is het Aanloophuis weer open, weliswaar beperkt. Wij zijn benieuwd hoe het gaat met het Aanloophuis, maar ook hoe het gaat met Titia de Boer, coördinator van het huis. Wat betekent deze tijd voor haar?
Hoe is het met jou? Hoe ervaar je deze tijd?
“Dank dat je dat vraagt. Het gaat goed met mij. In mei was ik zelf wat ziek, bronchitis, en dus heb ik me laten testen voordat ik weer in het Aanloophuis begon. Gelukkig had ik geen corona en kan ik met een gerust hart weer aan de slag. Ik ervaar deze tijd als een tijd waarin veel in een ander licht komt te staan. Het geeft een andere dynamiek en andere perspectieven. En dat is soms lastig, angstig en ook verhelderend. Nederland stond vanaf maandag 16 maart stil en wat ik zag was een grote saamhorigheid. We moesten allemaal binnen blijven, niet afspreken met anderen of uitgaan. Voor iedereen gold dezelfde regels, niemand uitgezonderd. Voor een deel van onze bezoekers hadden deze maatregelen weinig invloed op hun dagelijkse leven. Ze zijn eenzaam, gaan weinig uit en hebben geen groot sociaal netwerk. Voor hen waren we de afgelopen maanden allemaal gelijk. Het overkomt ons allemaal, ongeacht je situatie.”
Titia gaat verder: “De afgelopen winter was best druk. Ik heb meerdere banen en opeens veranderde alles. Er werd op de rem getrapt maar we moesten ook door. Op zoek naar andere vormen om toch beschikbaar te zijn. Naast het Aanloophuis, waar ik 20 uur per week voor werk, ben ik ook werkzaam als stafmedewerker op een dagbestedingsplek voor mensen met een psychiatrische aandoening en ben ik co-trainer voor de opleiding die ik zelf ook heb gevolgd om dit werk te kunnen doen.“
Hoelang zijn jullie dicht geweest en was er wel ergens een opvang voor daklozen?
“Na de tv-toespraak op maandag 16 maart van premier Mark Rutte moest het Aanloophuis dicht in verband met de beperkte ruimte en het advies: blijf zoveel mogelijk thuis. Voor mensen die dakloos zijn is dit uiteraard lastig. We hebben contact gezocht met het Leger des Heils en we hebben samen gezorgd dat ze in het weekend bij hen terecht konden. Ze hebben een grotere ruimte waardoor er meer afstand kan worden bewaard. Voor iedereen die wel een eigen plek had, wat voor plek dan ook maar, gold natuurlijk: thuis blijven! Een aantal van onze vrijwilligers is bij het Leger des Heils aan de slag gegaan.”
Wat heb je de afgelopen maanden gedaan?
“Omdat we geen gegevens van gasten hebben, konden we niemand bereiken. Onze enige manier om iets te laten weten was via onze website, flyers voor de ramen, via andere organisaties en als we iemand tegen kwamen op straat een praatje te maken. Ik heb gezorgd dat de informatie steeds up-to-date was en aangegeven dat mensen contact op konden nemen als ze dat wilden. Daarnaast ben ik de stad een aantal keren in gegaan, daar ontmoette ik mensen en dat was heel nuttig en prettig. Ook vrijwilligers die in de stad wonen hebben praatjes aangeknoopt met bezoekers als ze die in de stad tegen kwamen. Van bezoekers hoorden we dat ze dit erg waardeerden. Dit hebben we samen met Geke Boersma, straatpastor in Leeuwarden, gedaan.
“Mijn motivatie is om mensen aan te kijken, te zien en te verwelkomen. Weten dat ze geliefd zijn.”
Met de groep vrijwilligers heb ik uiteraard contact gehouden. Zij zijn de dragende krachten van het Aanloophuis en konden opeens ook niet meer komen. Iedereen reageert weer anders, een grote groep van onze vaste krachten valt ook in de zogenaamde risicogroep vanwege leeftijd, werk of thuissituatie. We hebben contact gehad over de ontwikkelingen, mogelijkheden en beperkingen. Het was soms wel lastig om iedereen mee te nemen. Zelf was ik er behoorlijk druk mee en wanneer er, samen met het bestuur, besluiten werden genomen wil je al snel alleen het besluit vertellen. Het proces, wat daarvoor af is gegaan, is ook goed om mee te geven aan de vrijwilligers. Dat is soms wel lastig in deze tijd, aangezien je elkaar niet ziet. Met het bestuur heb ik doorlopend contact gehouden. We hebben steeds gekeken naar mogelijkheden.”
Hoe is het met jullie trouwe bezoekers?
“Daar kan ik geen eenduidig antwoord op geven. De ene heeft het heel erg lastig gevonden en de ander heeft zich er prima doorheen geslagen. In de gesprekken is er vaak een soort gelijkgestemdheid, omdat het ons allemaal overkomt. We moeten het samen doen en dat geeft een andere verbondenheid.”
Sinds zaterdag 6 juni zijn jullie weer open. Hoe gaat het nu en hoe reageren de bezoekers en de vrijwilligers?
“Er mogen nu maximaal tien gasten tegelijk binnen zijn in verband met de anderhalve meter maatregel. Dat betekent ook dat we bij de gemeente Leeuwarden aan hebben gegeven dat we niet de hele groep mensen die dakloos zijn op kunnen vangen. We hebben daar domweg nu onvoldoende ruimte voor. Ook hebben we een kleinere groep vrijwilligers die nu kan/mag komen. Het Leger des Heils blijft dus in de weekenden open voor deze groep en wij richten ons nu op al die mensen die zich eenzaam voelen en/of zich bij ons thuis voelen. De gasten reageren erg positief, ze zijn blij dat ze weer bij ons terecht kunnen, blij dat ze ons en elkaar weer kunnen ontmoeten. Het is weer gezellig!
De vrijwilligers zijn positief en vaak creatief met oplossingen. Veel geven aan dat ze het fijn vinden hier weer te kunnen zijn. Fijn om weer iets te kunnen doen en te betekenen voor een ander. Anderen, die thuis zijn, leven mee. Soms wordt er een warme cake gebracht of een kaart gestuurd aan ons, bezoekers en andere vrijwilligers. Er is een grote betrokkenheid en dat is zo fijn om te ervaren.”
Hebben jullie veel maatregelen moeten nemen, voordat jullie weer open konden gaan?
“Met minder vrijwilligers en minder gasten werken we nu in kleinere teams, er is dus een nieuw rooster gemaakt en er is (nog) meer aandacht voor de schoonmaak en hygiëne. Bij de ingang hebben we een soort balie en daar zit nu een doorzichtig scherm voor. We hebben zitplaatsen op anderhalf meter van elkaar gecreëerd. Er is ruim de gelegenheid om handen te wassen, handdesinfectans te gebruiken en bij de bar ook anderhalve meter afstand houden. De mensen krijgen gratis koffie en thee, brood en soep om te voorkomen dat er geld heen en weer gaat. En we werken volgens nieuw geschreven protocollen.”
Lopen jullie ook nog tegen zaken aan?
“Een lastig deel in de praktijk is het geluid. Een gesprek op afstand gaat niet makkelijk zonder dat de hele zaal meeluistert. En nu er minder mensen binnen zijn dempt het geluid ook minder.
Daarnaast hebben we erg behoefte aan een paar mensen die regelmatig willen helpen schoonmaken, het Aanloophuis ziet er altijd verzorgd en schoon uit en dat willen we graag zo houden. Maar daar komen we een paar handen te kort.”
Hoe ervaren vrijwilligers het werk wat ze doen? Wat bezielt hun (en jou) om dit werk te doen?
“In het Aanloophuis komen veel mensen die zich vaak buitengesloten of onterecht behandeld voelen. Dit voelt als onrechtvaardig en is voor mij een motivatie om altijd weer hun verhalen aan te horen, om deze mensen aan te kijken, te zien en te verwelkomen. Weten dat ze ‘geliefd’ zijn. En bijna altijd blijkt dat ze niet zoveel verschillen van mij of wie dan ook. Dat ze er ook graag ‘bij willen horen’.
Vrijwilligers hebben natuurlijk verschillende motieven, maar altijd vanuit een wens iets goeds te doen voor een ander. Over het algemeen vinden de vrijwilligers het leuk werk. In het begin zijn ze vaak verrast over de gezellige sfeer en de contacten die ze met bezoekers hebben.”
“Een open plek is in deze tijd zo ontzettend nodig”
Wat wil je meegeven aan de lezer?
“Het Aanloophuis is zo nodig in deze stad, of het nu voor vijftig dakloze of voor tien eenzame mensen is. Ik hoop dat iedereen, dichtbij of met wat meer afstand, een betrokkenheid ervaart bij het Aanloophuis en de mensen die hier komen. We weten niet hoe het zich ontwikkelt in de toekomst, maar een open plek, een plek waar we aandacht als iets kostbaars zien, is zo ontzettend nodig.”
“Ik ben dankbaar dat dit al meer dan 35 jaar in deze stad is. En dat in al deze jaren verschillende kerkstromen samen dit huis gaande houden. Laten we hierin trouw zijn. Voor mij is dit een wezenlijk deel van het kerk zijn in een stad.”
Hoe staat het huis er financieel voor?
“Voor een aantal maatregelen die we in verband met de corona moesten nemen hebben we een fonds aangevraagd en gekregen. Het Aanloophuis wordt door een aantal kerken in Leeuwarden, (CGK, GKV, PKN, VEG, Doopsgezinde Gemeente, Baptistenkerk) gefinancierd, ook de gemeente Leeuwarden steunt ons jaarlijks met een bedrag. Daarnaast is het Aanloophuis afhankelijk van giften, donaties en fondsen. Iedereen die het werk ook belangrijk vindt kan eenmalig of periodiek een gift geven. We hebben op onze website www.aanloophuisleeuwarden.nl een pagina met donateurs-informatie.
Reageren? Neem contact op met Titia. Hieronder de contactgegevens.
Titia de Boer, coördinator Aanloophuis Leeuwarden
coordinator@aanloophuisleeuwarden.nl
058-2127237 / 06-82296393 (‘s maandags aanwezig)
Tekst en beeld: Wibo Roosjen